50 symptomen van fondsenwerving ellende

Mensen met wie ik heb gewerkt weten dat ik er niet voor schuw om de vinger op de zere plek te leggen. Dat doet soms een beetje pijn, maar is wel zo eerlijk. Bovendien is het stap één om er uiteindelijk beter van te worden. Dus vandaag een lijstje met 50 symptomen van regelrechte fondsenwerving ellende!

Hoe meer van de volgende symptomen je herkent, hoe erger je waarschijnlijk in de problemen zit…

  1. Je kijkt niet naar historische data en volgt je eigen instinct in plaats van te testen.

  2. Je spreek nooit eens af met fondsenwervers van andere organisaties om van gedachten te wisselen.

  3. Je doet niet mee aan heidagen om je fondsenwerving programma te ontleden en weer te herbouwen, steen voor steen.

  4. Je gaat nooit naar relevante congressen of bijeenkomsten (zoals het IFC dat vandaag begint!), laat staan dat je naar andere deskundige fondsenwervers luistert.

  5. Je nodigt je bestuursleden nooit uit voor een donateursevenement.

  6. Je neemt geen geweldige fondsenwervers aan, omdat je bang bent dat ze je te slim af zullen zijn in teamvergaderingen.

  7. Je test bijna nooit, maar als je dat wel doet, stel je vast dat de testresultaten niet overtuigend zijn.

  8. Je zoekt geen contact met donateurs.

  9. Je bent niet op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op het gebied van traditionele, sociale of nieuwe media.

  10. ·Je luistert niet naar en doet niets met deskundig advies. Sterker nog, je voelt je bekritiseerd en wil er verder niet over praten.

  11. Je gaat niet de strijd aan met je collega’s van Communicatie die je donateursnieuwsbrief gijzelen.

  12. Je past geen analytische benadering toe bij de evaluatie van je resultaten en trekt geen lering uit best practice.

  13. Je probeert je baas niet over te halen je meer budget en personeel te geven om je plannen uit te kunnen voeren.

  14. Jou valt niets te verwijten als de resultaten slecht zijn. Sterker nog, slechte prestaties hebben altijd externe oorzaken.

  15. Je enthousiasmeert je collega’s niet, integendeel, je neerwaartse spiraal steekt anderen aan.

  16. Je vernieuwt niet, neemt geen risico’s en heroverweegt bestaande ideeën niet eens.

  17. Je doet, leest of begrijpt geen marktonderzoeken waarin concurrenten het beter doen dan jij.

  18. Je richt je niet op de belangrijkste KPI’s die je programma meer groei zouden opleveren.

  19. Je bent niet in staat tot oprechte zelfreflectie.

  20. Je hebt geen langetermijnvisie of -plan.

  21. Je maakt altijd plannen die geen ambitieuze inkomstengroei nastreven op de lange termijn.

  22. Je bent altijd druk, maar nooit bezig met de belangrijkste zaken.

  23. Jij denkt weg te komen met gemiddelde resultaten, maar iedereen om je heen vindt dat het beter moet.

  24. Je komt afspraken niet na en neemt geen tijd voor je collega’s of team.

  25. Je bent niet in staat om inhoudelijk te sparren met je collega’s, omdat je simpelweg de ervaring niet hebt.

  26. Je leest geen blogs, white papers, boeken of tijdschriften over fondsenwerving of gerelateerde vakgebieden.

  27. Je ziet niet in dat sommige onderdelen van het fondsenwerving programma een grotere personele bezetting nodig hebben.

  28. Je weet niet de juiste zaken te prioriteren, waardoor je telkens vertraging oploopt.

  29. Je hebt van bepaalde basisprincipes in fondsenwerving nog nooit gehoord.

  30. Je denkt bij acquisitie van nieuwe donateurs voornamelijk aan ‘hoeveel’ nieuwe donateurs en niet van welke kwaliteit ze zijn.

  31. Je hebt de donateurservaring in jaren niet aangepast, laat staan erover nagedacht.

  32. Je hebt een welkomstprogramma wat nog nooit is getest.

  33. Je hebt nog nooit een extern paar ogen je fondsenwerving programma van dichtbij laten bekijken.

  34. Je hebt grote problemen met je database, maar de problemen worden nooit opgelost.

  35. Je onvermogen rondom data vertaalt zich niet in het inschakelen van hulp, maar je steekt liever je kop in het zand.

  36. Je hebt eigenlijk geen idee wat lifetime value nou echt betekent, of hoe je het zou moeten berekenen.

  37. Je denkt dat fondsenwerving een truc is om donateurs erin te luizen.

  38. Je zegt dingen als: laten we onze donateurs maar niet wakker maken, want dan zeggen ze op.

  39. Je hebt eigenlijk geen oprechte passie voor de non-profit sector, of de fondsenwervende organisatie waar je voor werkt.

  40. Je gelooft dat jongeren vanwege hun grotere uitgesproken idealistische overtuiging een goede doelgroep voor fondsenwerving is. (Terwijl het tegendeel universeel wordt bewezen.)

  41. Je vindt nalatenschappenwerving maar een morbide en raar onderwerp.

  42. Je schroomt niet om je eigen ongefundeerde meningen over wat effectief is op campagnes los te laten.

  43. Je kan niet vooruit kijken en anticiperen op wat komen gaat.

  44. Je bent volledig overtuigd van je gelijk, je kan geen normale discussie voeren, en drukt je eigen mening er doorheen.

  45. Je denkt dat je heel ervaren bent in je rol, terwijl je ervaring op het gebied van particuliere fondsenwerving zeer beperkt is.

  46. Je denkt dat fondsenwerving hetzelfde is als marketing en/of sales.

  47. Je hebt nog nooit van Relationship Fundraising gehoord. Je hebt het boek in ieder geval niet gelezen. En de gedachte erachter ken je ook niet.

  48. Je bent heel tevreden met jezelf, terwijl je eigenlijk geen goede resultaten hebt gehaald.

  49. Je gaat er vanuit dat niks substantieels te verbeteren valt aan het fondsenwerving programma waaraan je werkt.

  50. Je hebt wel eens gehoord van fondsenwerving.blog, maar je hebt nog nooit ingeschreven op de mailinglist ;-)

Als je deze symptomen herkent, zou ik er maar snel iets aan doen.

(WAARSCHUWING: Deze lijst is niet volledig!)