Donateurs willen helpen. Juist nu.

De wereld wiebelt en wankelt. Handelsspanningen lopen op, de economie hapert, rentestanden blijven hoog. Grote geldstromen verschuiven: USAID trekt zich op meerdere plekken terug en in verschillende landen zijn forse bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking aangekondigd. En dan zijn er nog lintjes die niet worden uitgedeeld. Tegelijkertijd voelen veel mensen de gevolgen van inflatie en stijgende kosten in hun eigen portemonnee.

In die context is het logisch dat organisaties voorzichtig worden. Minder risico’s, pas op de plaats, afwachten. Maar juist in onrustige tijden ontstaan er ook kansen. Want bij elke crisis staan mensen op. Mensen die iets willen doen, ergens aan willen bijdragen. Die behoefte aan betekenis is waar fondsenwerving op drijft. Het is aan ons om die energie ruimte te geven.

Snijden in fondsenwerving? Dat kost je dubbel

Bij economische druk gaat de blik al snel naar het fondsenwervingsbudget. Kan het met minder? Kunnen we iets pauzeren? Maar die route leidt niet tot rust, eerder tot krimp. Minder werving betekent minder inkomsten. En het is vaak de lange termijn die als eerste sneuvelt: nalatenschappen, structurele gevers en relaties.

Juist dát zijn je reserves voor later. Je bouwt geen veerkrachtige organisatie op met alleen snelle campagnes. Je hebt relaties nodig die de tijd krijgen om te groeien. Vertrouwen dat je zorgvuldig opbouwt. En dat betekent: blijven investeren, ook als de rek even uit de markt lijkt.

Want de storm gaat een keer liggen. En dan wil je niet weer bij nul beginnen. Dan wil je een stevige basis hebben staan, met een achterban die zich nog steeds gezien en verbonden voelt.

Elke crisis is ook een kans

In de coronacrisis zagen we het. Tijdens de financiële crisis ook. En nu opnieuw. Bij elke maatschappelijke schok staan er mensen op. Donateurs, vrijwilligers, actievoerders. Mensen die geraakt worden en iets terug willen doen.

Dat is geen vanzelfsprekendheid, het is een kans. En die kans moet je als organisatie actief faciliteren. Door niet te focussen op wat misgaat, maar op wat wél kan. Door niet op angst te sturen, maar op betrokkenheid. En door je boodschap niet te verzachten, maar meer te richten op die doelgroep.

Mensen willen iets doen. Laat zien hoe. Maak het eenvoudig. Maak het persoonlijk. En zorg dat het zinvol voelt.


 
 

Betrokkenheid is meer dan geld

Niet iedereen kan blijven geven. Dat is logisch. Maar dat betekent niet dat ze hun betrokkenheid verliezen. Geven is altijd meer dan een financiële handeling. Het is een manier om ergens bij te horen. Om ergens achter te staan.

Zorg dus dat je ruimte maakt voor andere vormen van betrokkenheid. Laat mensen meedoen, meedenken, delen, spreken, vrijwilligerswerk doen. Geef ze het gevoel dat hun inzet – op welke manier dan ook – waardevol is. En dat ze nog steeds onderdeel zijn van jouw verhaal.

Een ‘bedankt dat je er was’-bericht aan een vertrekkende donateur doet vaak meer dan je denkt. Het maakt de deur niet dicht, maar laat die op een kier staan. Zodat iemand straks weer kan aanhaken als het wél lukt.

Geef mensen iets om te doen

Want dát is de kern: mensen zoeken naar grip. Ze willen ergens invloed op hebben, iets positiefs kunnen betekenen. En jij kunt dat bieden. Door een concrete actie. Een heldere oproep. Een duidelijk verhaal over de impact van hun steun.

Niet als ‘extraatje’, maar als hoofdboodschap. Het is niet alleen jouw werk dat verschil maakt, het is hún keuze om daarin mee te doen die telt. Zij zijn de hoofdpersoon in het verhaal.

Laat je donateurs niet hangen in hun machteloosheid. Laat ze zien dat er iets is dat zij kunnen doen. Nu. Vandaag. Voor iemand anders.

Crisistijd is geen reden om stil te vallen. Dit is hét moment om te laten zien wat je waard bent. Om je lange termijn te beschermen. En om je donateurs serieus te nemen in hun wens om iets te betekenen.

Want als er iets is wat elke crisis opnieuw laat zien, dan is het dit: Donateurs willen helpen. Geef ze die kans.